Toegankelijkheid is geen luxe, maar een noodzaak. In België en Nederland moeten publieke gebouwen daarom voldoen aan toegankelijkheidsnormen voor mensen met een beperking. Daarbij wordt rekening gehouden met verschillende factoren in verband met binnen- en buitendeuren, toegankelijkheid van binnenruimtes en veiligheid. In deze blog delen we praktische tips om je gebouw écht toegankelijk te maken voor gebruikers met beperkte mobiliteit.
Tip 1: Beperk hoogteverschillen
Voor rolstoelgebruikers en personen die beperkt mobiel zijn is een gebouw zonder drempels het ideaal. Wanneer er hoogteverschillen in het gebouw zijn, is het belangrijk om passende ondersteuning te bieden aan mensen met beperkte mobiliteit. Bij hoogteverschillen wordt aangeraden een helling aan te leggen. Zorg ervoor dat de hellingshoek niet steiler is dan 10%.
Bij de grootste hoogteverschillen zijn liften of plateauliften te overwegen.
Tip 2: Brede deuropeningen
Vlotte doorgang staat centraal voor gebruikers die beperkt mobiel zijn. Daarom wordt aangeraden om ervoor te zorgen dat deuren minstens 90 cm breed zijn. Branddeuren worden bij voorkeur opengehouden met een deurhoudmagneet.
Tip 3: Automatiseer toegangsdeuren
Automatische draaideuren zorgen ervoor dat gebruikers niet zelf een zware deur moeten openen. Er zijn verschillende extra acties die je kan ondernemen om de veiligheid hiervan te optimaliseren:
- Installeer een sensor die ervoor zorgt dat de deur automatisch opent als iemand de deur nadert, en tegelijk dat de deur niet sluit tot de doorgang vrij is.
- Stel een openingstijd in van minimum 10 seconden. Zo hebben gebruikers meer tijd om binnen te gaan.
Tip 4: Contactloze toegangsbediening
Klassieke drukknoppen zijn soms moeilijk bereikbaar, zichtbaar of bruikbaar voor mensen met een beperkte mobiliteit. Zorg daarom voor verlichte drukknoppen, sensoren of draadloze toegangsoplossingen om deuren te bedienen. Draadloze handzenders om de deur op afstand te openen zijn een goede keuze, en zijn ook handig voor gebruikers met beperkte armkracht.
Tip 5: Gebruiksvriendelijke toegangscontrole
Is je gebouw al uitgerust met een toegangscontrolesysteem, of ben je van plan om zo’n systeem te installeren? Zorg er dan voor dat keypads of lezers op gepaste hoogte worden geïnstalleerd, zodat ook bijvoorbeeld rolstoelgebruikers ze kunnen bedienen. Combineer ze bij voorkeur met tag of afstandsbediening voor een extra flexibiliteit.
CDVI-lezers beschikken vaak over een grote leesafstand, zodat gebruikers de tag niet ‘tegen’ de lezer moeten houden om binnen te kunnen. Met de geschikte radio-ontvanger, kunnen naast tags, ook afstandsbedieningen gebruikt worden om een gebruiker te identificeren en toegang te verlenen.
Tip 6: Verhoog de veiligheid
In de situaties waar een evacuatie nodig is, moeten ook mensen met een beperking zo snel mogelijk de weg naar de uitgang vinden. Behalve de hierboven vermelde tips i.v.m. niveauverschillen en toegankelijkheid van binnen- en buitendeuren, kan je nog enkele acties ondernemen om de veiligheidsgraad naar een hoog niveau te tillen:
- Zorg voor duidelijk zichtbare signalisatie en bewegwijzering. Hou ook rekening met voldoende contrast voor mensen met visuele beperkingen.
- Zorg bij noodsituaties voor een duidelijk hoorbaar en visueel signaal. Kies bijvoorbeeld voor een nooddrukknop met verlichting én buzzer, zoals de BBG.
Toegankelijkheid is niet alleen een wettelijke vereiste – het is een teken van respect en inclusie. Met een aantal gerichte ingrepen, zoals deurautomatisatie en slimme toegangscontrole, maak je jouw gebouw veiliger en gebruiksvriendelijker voor iedereen. CDVI denkt graag mee over oplossingen op maat van jouw gebouw.